Ken je dat?
De buurman koopt een nieuwe Tesla en jij mag blij zijn dat je ouwe trouwe Daihatsu het nog even vol houdt? Hij parkeert haar trots voor jouw deur en blijft je maar vertellen welk een vervuilend wrak die van jou toch is? Je kind komt huilend van school omdat haar kleren niet goed en duur genoeg zijn om er bij te horen? Je wilt graag naar dat feest, maar iedereen geeft cadeaus waar je een week voor moet werken en verwacht dat ook van jou?
Ik heb me in die momenten steeds opgetrokken aan psalm 49 en in het bijzonder de verzen 6-9:
"Waarom zou ik bang zijn in kwade tijden, bang voor mensen die mij onrecht doen, voor mensen die vertrouwen op hun bezit, die hun eer in rijkdom zoeken?Want geen mens kan de dood afkopen, niet voor een ander niet voor zichzelf. Niemand kan God de prijs betalen." (Groot Nieuws Bijbel)
Daar spreekt ondanks de negatieve bewoording een hoop troost uit. Het gaat dus bij God niet om hoeveel je bezit. Het gaat bij hem niet om hoe nieuw je auto of je schoenen zijn. Zonder Gods vergeving zitten we allemaal voor eeuwig in de schuldsanering.
Ja, het is lastig om je buurman te zien poetsen op dat burgermanskapitaal en het is nog lastiger om je kind te troosten en uit te leggen dat jij dingen anders leeft en doet. We willen allemaal erbij horen, maar ik geloof vurig dat het veel belangrijker is om bij God te horen, dan bij kortzichtige mensen die dansen om het gouden kalf van hun welvaart.
De bijbel heeft op meerdere plaatsen diep medelijden met die kortzichtigheid, waarom zouden we dan zelf die weg kiezen? Je zou die buurman eens moeten troosten met zijn rijkdom. Er is zoveel Liefde die hij verruilt voor zijn status.
Ik ben gelukkig met de schuldsanering van God. Ik hoop jij ook, want Jezus heeft al voor ons betaald.