Deze keer wil ik beginnen met een verhaal van Jezus dat volgens mij niet zo heel bekend is, maar dat ons veel leert over het vrijgevige karakter van God. Het is het verhaal van de werkers in de wijngaard.
Jezus zei: ‘Dit voorbeeld leert je iets over Gods nieuwe wereld.
Er is een man die een wijngaard heeft. Vroeg in de ochtend gaat hij op weg. Hij zoekt arbeiders om in zijn wijngaard te werken. Hij spreekt een bedrag met hen af: het normale loon voor een dag werken. En hij stuurt ze naar zijn wijngaard.
Later die ochtend gaat de eigenaar van de wijngaard weer op weg. Hij ziet mannen op straat die nog geen werk hebben. Hij zegt tegen hen: ‘Ga maar in mijn wijngaard werken. Ik zal jullie een eerlijk loon geven.’ De mannen gaan aan het werk.
Om twaalf uur en om drie uur ’s middags gaat de man opnieuw op weg. Weer stuurt hij de mannen die hij tegenkomt, naar zijn wijngaard.
Als de dag bijna om is, gaat de man nog één keer op weg. Weer ziet hij mannen op straat staan. Hij vraagt: ‘Waarom staan jullie hier de hele dag zonder werk?’ De mannen antwoorden: ‘Niemand heeft ons vandaag werk gegeven.’ Dan zegt de man: ‘Ga maar in mijn wijngaard werken.’
Als het avond is, zegt de eigenaar van de wijngaard tegen de man die zijn zaken regelt: ‘Roep alle arbeiders en geef ze hun loon. Betaal eerst de mannen die het laatst gekomen zijn. En als laatste de mannen die het eerst kwamen.’
De mannen die maar kort gewerkt hebben, zijn dus het eerst aan de beurt. Zij krijgen het normale loon voor een dag werken. De mannen die de hele dag gewerkt hebben, zijn het laatst aan de beurt. Zij denken: Wij zullen dan wel meer krijgen. Maar ook zij krijgen het normale loon voor een dag werken. Met het geld in hun hand komen ze bij de eigenaar van de wijngaard. Ze zeggen: ‘Het is niet eerlijk! Die anderen hebben maar één uur gewerkt. Wij hebben de hele dag hard gewerkt in de hete zon. En nu krijgen zij evenveel als wij!’
De eigenaar zegt tegen één van die mannen: ‘Beste vriend, ik heb jullie niet oneerlijk behandeld. We hadden toch het normale loon afgesproken? Ga rustig naar huis met je geld. Ik wilde de mannen die het laatst kwamen, net zo veel geven als jullie. Het is mijn geld. Ik mag ermee doen wat ik wil. Waarom zijn jullie jaloers als ik anderen goed behandel?’
Matteüs 20:1-15 BiGT
Als dit het enige verhaal was dat je zou kennen over God, wat zou je dan over Hem weten nu?
Je zou weten dat God vrijgevig is. Hij geeft ons Zijn liefde en Zijn genade om niet. Je kunt het niet verdienen door er hard(er) voor te gaan werken. En het is Zijn grootste verlangen om ons lief te hebben en om die liefde beantwoord te zien worden.
Wij leven in een wereld van ‘verdienen’. Dat is de norm. Als je iets wilt, zul je ervoor moeten werken. Voor niets gaat de zon op. En hoe harder je werkt, hoe meer je verdient. Maar in Gods wereld is dat niet zo. In Zijn Koninkrijk gaat het er heel anders aan toe.
De liefde van God kun je niet verdienen maar ook niet verliezen of verspelen. God houdt van ons, of we nu ons hele leven christen zijn (zoals de werkers die de hele dag gewerkt hebben) of ons pas heel laat in ons leven hebben bekeerd (zoals de werkers die pas komen als de dag bijna om is). Hij geeft ons allemaal evenveel liefde en genade.
Als je tot je door laat dringen hoe vrijgevig God is, komen heel veel dingen in een ander licht te staan.
Een voorbeeld daarvan is onze definitie van ‘zonde’. Wij omschrijven zonde vaak als ‘je niet houden aan de regels, de wet overtreden’. Maar dan kom je toch weer terecht in het schema van verdienen en verliezen. Alsof je, door de regels te overtreden, de liefde van God zou kunnen verspelen.
Een paar jaar geleden las ik een definitie over zonde die me heel diep raakte:
Zonde is niet zozeer het overtreden van een wet of een gebod, het is veel meer een gebrek aan dankbaarheid… Als we diep in ons hart werkelijk zouden beseffen wat God voor ons doet, hoe zouden we dan nog kunnen zondigen? We zouden veel te dankbaar zijn om te zondigen.
We vinden het vaak heel moeilijk om echt te beseffen wat God voor ons doet. We vallen snel terug in het schema van verdienen en verliezen. Maar het belangrijkste dat we in ons leven kunnen leren is dat God onvoorwaardelijk van ons houdt, dat Hij vrijgevig is met Zijn liefde en Zijn genade.
Waarom is dat zo belangrijk? De Amerikaanse bijbelleraar A.W. Tozer zei eens:
Wat in onze gedachten opkomt wanneer we aan God denken is het meest belangrijke in ons leven… Als we in staat zouden zijn om van elk mens het antwoord op de vraag “Wat komt er bij je op als je aan God denkt?” te kennen, zouden we met zekerheid de geestelijke toekomst van die mens kunnen voorspellen.
Dat is een stevige uitspraak. Maar er zit veel waars in. Hoe we over God denken, bepaalt hoe we onze relatie met Hem vorm geven:
- Als we aan God denken als hardvochtig, streng en veeleisend, zullen we bang voor Hem zijn en uit Zijn buurt blijven.
- Als we denken dat God een vage, onpersoonlijke kracht in het universum is, zullen we ook een vage, onpersoonlijke relatie met Hem hebben.
Maar als we de God leren kennen die Jezus ons is komen laten zien, de God die onvoorwaardelijk van ons houdt, de God die vrijgevig is met Zijn liefde en Zijn genade, dan willen we niet anders dan deze God leren kennen en Hem betrekken in ons leven.
Vragen om over na te denken en over door te praten
- Wat sprak je aan in de overdenking?
- Een vaak gehoord christelijk verhaal is dit: “God wil vooral dat we niet meer zondigen, maar dat we het goede doen.” Herken je dit verhaal? Welk effect heeft dit verhaal op je relatie met God?
- Zie jij het christelijk geloof in de praktijk als een set ‘do’s and don’ts’?
- In de overdenking staat: “Zonde is een gebrek aan dankbaarheid.” Kun je je vinden in deze uitspraak?
- Wat denk je dat God het liefste wil van ons?
- De Westminster Catechismus (1648) zegt in antwoord op de vorige vraag: “Het voornaamste en hoogste doel van de mens is God te verheerlijken en voor eeuwig van Hem te genieten.” Juliana van Norwich (ca. 1342 - 1416) schreef: “De grootste eer die we God kunnen bewijzen, is gelukkig zijn omdat we weten dat Hij van ons houdt.” Wat vind je van deze uitspraken?
- Als het waar is dat Gods liefde niet verdiend hoeft te worden, zou je dan vanaf nu dingen anders doen? Waarom?
- Wat is het eerste dat je te binnen schiet als je aan God denkt? Op wat voor manier heeft deze gedachte invloed op je dagelijks leven?